Sloten

Een kleine maar onneembare vestingstad

Het kleinste stadje van Friesland was in de 16e eeuw een echte vestigingsstad. Sloten was onneembaar. Dit stadje met een omwalling, vijf bastions, twee landpoorten en twee waterpoorten is in vestingtermen de ideale stad. Haar vorm is tamelijk rond en lijkt op een ui vandaar dat Sloten wordt ook wel Sipelstêd (uienstad) wordt genoemd.

Fraaie top- hals- en trapgevels

Sloten is ontstaan op een kruispunt van belangrijke land- en waterwegen. Door deze ligging beleefde Sloten in de 17e en 18e eeuw zijn grootste bloei. Alle schepen die de stad passeerden moesten tol betalen. De vele fraaie top- hals- en trapgevels langs de gracht “Het Diep” zijn dan ook in deze rijke periode gebouwd. Tussen de woonhuizen staat het oude stadhuis (1759) en de Nederlandse Hervormde kerk (1647).

Het huidige Sloten

Nu wordt Sloten alleen nog bewaakt door de twee waterpoorten. Aan de zuidzijde de Lemsterpoort (1821) en aan de noordzijde van de stad de Sneker- of Woudsenderpoort (1768). Op het bolwerk van de zuidzijde staat een korenmolen. Hier wordt nog steeds op ambachtelijke wijze meel gemaakt. Een wandeling over de bolwerken en langs de gracht loont de moeite. Tevens wordt in het hoogseizoen iedere vrijdagavond het kanon van Sloten afgeschoten. De stadsschutterij schiet met het kanon wat op het molenerf van korenmolen De Kaai staat en stadsomroeper Pieter Haringsma geeft hierbij uitleg.

Een kijkspel

Eens in de drie jaar laat het vestingstadje Sloten de geschiedenis van de Middeleeuwen herleven. Tijdens een openluchtspel wordt de aanval van de Spanjaarden van 12 mei 1588 nagespeeld en zijn honderden Slotenaren, uitgedost in fraaie historische kledij, samen met de oude herenhuizen het decor.